Zijn wij gelijk of allemaal anders?
Lastige vraag. Een dualistische vraag ook die de nodige discussie kan oproepen. De één vindt dat we gelijk en gelijkwaardig zijn. De ander let op het verschil.
Dat we uiterlijk anders zijn zal niemand ontkennen. Iedereen ziet er anders uit, we hebben andere gewoonten, denken en leven anders. Maar omdat ieder mens uiterlijk verschilt, zijn we daarin weer gelijk. En bovendien…we hebben allemaal een hoofd, een lijf, twee benen en tien vingers. Dus zijn we met evenveel recht allemaal mens en ook daarin weer gelijk.
Conclusie: we zijn zowel verschillend als gelijk en de grens is moeilijk te trekken. Hoe nauw tegenstellingen met elkaar verweven zijn, wordt bij het voorbeeld van de mens wel duidelijk!
De mens is een uniek wezen
Door onze verschillende achtergronden, opvoeding en omgang met andere mensen bezitten we een eigen karakter en originele persoonlijkheid. Voor wie in reïncarnatie gelooft, kunnen we onze vorige levens nog bij de achtergronden optellen. Alle ervaringen die in het verleden zijn opgedaan, maken de mens tot een complex wezen die met geen ander te vergelijken is.
Ontwikkeling
Wat onze uniciteit typeert is dat we voortdurend in ontwikkeling zijn door alles wat we meemaken. Ontwikkeling betekent verandering. We leren er allerlei zaken bij en we leren van alles af.
Ons lichaam, ons karakter en uiterlijke persoonlijkheid veranderen van minuut tot minuut, want er is een voortdurende evolutie aan de gang. Groei doet zich voor op verschillend terrein: op lichamelijk gebied, in ons denken en voelen of op het gebied van onze wil. We hebben andere opvattingen dan een tijdje geleden, en naar mate we ouder worden gaan we ons anders gedragen. Dit alles doet zich ook nog bij iedereen in eigen tempo en ritme voor. Diversiteit tussen mensen ontstaat hier doordat ieder van ons een eigen, unieke ontwikkelingsweg bewandelt.
Is de mens ooit af?
Bij alle ontwikkeling kunnen we ons afvragen of wij er eeuwig mee door blijven gaan, of dat er ooit een einde aan zal komen. Is de mens ooit af? Of heeft deze evolutie een einddoel?
Dus zo ongeveer vergaat het de mens; oude patronen in hemzelf worden afgebroken en door iets nieuws vervangen tot er een perfecte Mens is bereikt.
Een volmaakt wezen
Waar schuilt dan deze volmaaktheid in, zodat de mens eens een keertje klaar is met zichzelf. Volmaaktheid lijkt er uit te bestaan dat de mens niet enkel uit veranderlijkheden bestaat, zoals uit een lichaam, karakter en/of persoonlijkheid, maar er ook nog een onveranderlijke kant van ons mens-Zijn aanwezig is. Op een dieper niveau van herinnering of besef is er een continuïteit van bewust-Zijn aanwezig, zodat wij onveranderlijk “zijn die wij zijn”.
Dezelfde Zijn
Er is iets in ons aanwezig – een “vaststaand punt” – waaraan we onszelf herkennen als steeds dezelfde te Zijn.
Ook al wijzigt de buitenzijde voortdurend, ergens diep van binnen verandert er niets; zijn we op 80 jarige leeftijd nog steeds dezelfde als toen we 16 jaar waren. Ik Ben Ik en niet iemand anders.
Zolang wij niet bewust zijn van dit onveranderlijke deel (lees: onsterfelijkheid) in onszelf, loopt de mens symbolisch gesproken op één been door het leven te hinken en is hij niet perfect.
De realiteit is, dat dit besef om continu te Zijn niet bij iedereen is doorgedrongen of slechts tot op zekere hoogte.
Pas wanneer men zichzelf herkent als bewust Zijnde en men deze staat van Zijn naar buiten weet uit te stralen via de uiterlijke persoonlijkheid, is de Mens volmaakt. Het groeiproces is dan “vol-gemaakt” en het doel bereikt.
De mate van tegenwoordig-Zijn (bewust-Zijn of Licht) spiegelt zich dus in het uiterlijk.
En hiermee komen we aan bij de oorzaak van ons uniek zijn als mens. We zijn niet allemaal even bewust van de Zijnsbron. De ene persoon is meer bewust en verder gevorderd op het ontwikkelingspad dan de ander, wat zich op allerlei verschillende manieren naar buiten kenbaar maakt aan de hand van ons gedrag, uitstraling, onze manier van denken en dergelijke.
Eén Zijn
Maar ondanks alle uiterlijke verschillen… in ons diepste wezen zijn wij allen Zijnden en van de zelfde aard.
We komen allemaal uit de zelfde Zijnsbron voort, en op dit niveau zijn wij gelijk en gelijkwaardig.
In de kern zijn wij allen Eén en eender.
De unieke, veranderlijke kant van ons bestaan is bedoeld als leerschool om ons bewust te worden van deze Zijnskern.
De slotsom is dat we met beide kanten rekening moeten houden.
Ver-Eniging in verscheidenheid.